Het verfijnen van uw activa-informatie in MyGeotab zorgt voor nauwkeurige tracking en rapportage, waardoor u een duidelijker beeld krijgt van uw operationele efficiëntie. In deze tutorial leert u hoe u activa in uw database kunt bewerken.

Tutorial

Beginners

MyGeotab

Activa bewerken

Activa bewerken! Laten we beginnen. Klik op Activa. U kunt naar het gewenste activum zoeken op naam, VIN, serienummer van het apparaat, kenteken of opmerking. Selecteer het item dat u wilt bewerken. Voor wagenparken die aan de regelgeving moeten voldoen, zijn er een aantal belangrijke gegevens die u voor uw voertuigen wilt controleren. Controleer eerst of het voertuigidentificatienummer (VIN) correct is. Als het een voertuig betreft, zou het VIN automatisch in de database moeten staan. Controleer vervolgens het kenteken en zorg ervoor dat dit correct is voor dit bezit. Onder Gebruik vindt u een overzicht van de activiteit van uw voertuig in de afgelopen zeven dagen. Controleer of de kilometerteller en motoruren actueel zijn. Wijs indien nodig de juiste Driver toe aan het asset. Bekijk verderop de instelling 'H.O.S.' of 'Uren van dienst'. Deze opties bepalen of het voertuig automatisch logboeken van de dienststatus genereert. Activa zijn standaard ingesteld op automatisch. Wanneer een chauffeur inlogt op Geotab Drive en het activum selecteert, schakelt de instelling over naar Aan, wat aangeeft dat het activum H.O.S. gebruikt. Als de instelling op Uit staat, worden er geen logboeken voor het object gemaakt wanneer het wordt verplaatst. Rechts ziet u de actuele status van de brandstoftank of accu van het voertuig. Bekijk hieronder eventuele uitzonderingen (regels die door het item zijn overtreden) van de afgelopen 7 dagen. Op het tabblad Onderhoud kunt u onderhoudswerkzaamheden identificeren en prioriteren om slijtage van voertuigen te voorkomen en uitvaltijd te beperken. Pas op het tabblad Apparaten en instellingen instellingen aan, zoals audiofeedback. Deze feedback biedt bestuurders coaching in de auto om goed rijgedrag te bevorderen. Alle gedetecteerde apparaten, waaronder het GO-apparaat, IOX of de camera, worden hier ook weergegeven, zodat u op één centrale plek apparaatspecifieke instellingen kunt beheren. Breng eventuele andere gewenste wijzigingen aan in het item of de bijbehorende apparaten en klik op Wijzigingen opslaan als u klaar bent. Gefeliciteerd!  U hebt de tutorial over het bewerken van assets voltooid.

Video Transcript